Ga door naar de inhoud

Gras

slechte afdekking

Afdekking

Afdekken van grasbekleding door bladval of maaisel dat niet is geruimd (per 25m2)

slechte bedekkingsgraad

Bedekkingsgraad

De grootte van open plekken tussen de beplanting op een oppervlak van 5 bij 5 meter.

Slecht drijf- of zwerfvuil

Drijf- of zwerfvuil

Vuil dat de grasbekleding kan beschadigen

slechte erosieafslag

Erosieafslag

Lokale afslag van bekleding door stroming en/of golven

slechte graverij

Graverij groot

Graafsporen van mensen, bevers, muskusratten, vossen, konijnen, dassen, etc.

slechte graverij

Graverij klein

Graafsporen van muizen, mollen en kreeften

slechte houtopslag

Houtopslag

Houtige beplanting die de functie van bekleding aantast

slechte kale plekken

Kale plekken

Lokale plekken in de bekleding waar gras en spruiten ontbreken als gevolg van langdurige afdekking, vee, spoorvorming, etc.

slecht maaien en beweiding

Maaien en beweiding

Het korten van gras door machine of begrazing met vee

slechte natte plekken

Natte plekken

Lokale plekken in de grasbekleding die afwijkend vochtig zijn

slecht onkruid groot

Onkruid groot

Ongewenste grote vegetatiesoorten die zodevorming belemmeren, afsterven en grote kale plekken geven

matig onkruid klein

Onkruid klein

Ongewenste vegetatiesoorten die zodevorming belemmeren maar andere soorten niet volledig verdringen

slechte ruigte

Ruigte

Kruidachtige vegetaties met kans op ophoging van onverteerde plantenresten en grasmat wordt onderbroken

slechte scheuren

Scheuren

Lijnvormige gleuven in bekleding

slechte soortenrijkdom

Soortenrijkdom

Het aantal vegetatiesoorten in de grasbekleding

slechte spoorvorming

Spoorvorming

Lijnvormige oneffenheden in bekleding

slechte sterkte graszode

Sterkte graszode

Sterkte wortelstelsel plag van 0,3m x 0,25m x 0,(L x B x H) horizontaal handmatig uit elkaar getrokken

slechte verzakkingen of opbollingen

Verzakkingen of opbollingen

Verheffingen of verzakkingen met een lengteschaal van enkele meters